De filter / de pomp bromt tijdens gebruik
Er is niet veel onderzoek naar de oorzaak nodig. Bij interne pompen en filters hoeft u niets anders te doen dan het apparaat vrij in het water houden zonder contact met andere objecten. Belangrijk is dat het apparaat geheel onder water blijft en alleen in contact staat met uw hand. Wanneer het bedrijfsgeluid nu zacht is, gaat het hier niet om slijtageverschijnselen van de rotor, maar om de overdracht van resonantie van de omringende elementen, zoals de afdekking, de onderstaande kast of iets anders dat zich naast het aquarium bevindt. Dit kunt u dan door middel van kleine aanpassingen ontkoppelen.
Bij buitenfilters moet u erop letten dat de filter van onderen voorzien is van 4 rubberen pootjes (met uitzondering van het model CPe1901/2) en alleen daarmee in contact staat met de kast. Plaats het filter als test naast of voor het aquarium op een zachte ondergrond (bijv. een dikke handdoek) en let erop dat ook de slangen de onderstaande kast niet aanraken. Veel aquariumkasten werken als de klankkast van een gitaar met klankgat. Het kleinste geluid wordt door het holle lichaam versterkt. Daarom zijn een zachte ondergrond en eventueel een zijdelingse demping zinvol wanneer de resonantie versterkt wordt. Bovenop liggende slangen of slangen in een strakke installatie met andere onderdelen, hebben hetzelfde effect. De test met het filter buiten de kast, zoals hiervoor beschreven, geeft uitsluiting over het eigenlijke bedrijfsgeluid.
Een sterk bedrijfsgeluid ontstaat door een versleten rotor, een te sterke belasting van de rotor door een reductie van het vermogen (vervuiling of beperking) en door een gering hoogteverschil tussen wateroppervlak en filterkop, zoals beschreven in de handleiding. Een andere mogelijkheid is dat het CO2 dat aangezogen wordt uit de bemestingsinstallatie of lucht van de membraanpomp, dat in de buurt van het filter wordt aangevoerd, een luidruchtig bedrijfsgeluid tot gevolg heeft.